Vanaf 1 oktober tot en met 15 november voeren erkende laboratoria op heel wat percelen in Vlaanderen staalnames uit, om te bepalen hoeveel nitraat nog in de bodem zit. Een deel van die nitraatresidubepalingen wordt uitgevoerd in opdracht van de Mestbank. Daarnaast zijn bepaalde groepen land- en tuinbouwers verplicht om dat zelf te laten doen. De Vlaamse Landmaatschappij verduidelijkt in een mededeling andermaal hoe de vork in de steel zit.
Nitraatresidubepalingen door de Mestbank
Elk jaar selecteert de Mestbank percelen over heel Vlaanderen waarvan ze op haar kosten het nitraatresidu laat bepalen. Dat zijn de zogenaamde controlestalen. Dit jaar worden ruim 7.700 percelen bemonsterd.
Land- en tuinbouwers kunnen op een controleperceel een tegenstaal laten nemen door een erkend laboratorium van hun keuze. Dat tegenstaal mag zowel vóór als na het controlestaal genomen worden. De periode waarbinnen een geldig tegenstaal kan genomen worden loopt van 1 oktober tot en met 22 november 2014. De land- of tuinbouwer kan aan het laboratorium vragen om het resultaat van zijn tegenstaal rechtstreeks aan de Mestbank te bezorgen, wat administratief het gemakkelijkst is. Als de land- of tuinbouwer zelf het analyseverslag van het tegenstaal aan de Mestbank wil bezorgen, dan moet dat ten laatste op 12 december 2014 bij de Mestbank aankomen.
Verplichte nitraatresidubepalingen door de land- of tuinbouwer
Naast de nitraatresidubepalingen die de Mestbank laat uitvoeren, moet een aantal land- of tuinbouwers in de periode van 1 oktober tot en met 15 november, op eigen kosten, het nitraatresidu van bepaalde percelen laten bepalen. Dat kan verschillende redenen hebben:
a) aanvraag derogatie en/of opgelegd maatregelenpakket
Land- of tuinbouwers die derogatie aanvroegen of een maatregelenpakket opgelegd kregen, moeten op eigen kosten een nitraatresidubepaling laten uitvoeren. Het gaat om de volgende groepen:
- Elke land- of tuinbouwer die in 2014 derogatie aangevraagd heeft, moet een nitraatresidubepaling laten uitvoeren op een door de Mestbank aangeduid derogatieperceel. Dat worden derogatiestalen genoemd.
- Elke land- of tuinbouwer die in 2014 een maatregelenpakket opgelegd kreeg, moet afhankelijk van het opgelegde maatregelenpakket op één of meerdere percelen een nitraatresidubepaling laten uitvoeren. Dat worden opvolgstalen genoemd.
Aandachtspunten voor de land- of tuinbouwer bij de verplichte nitraatresidubepalingen
- De land- en tuinbouwers moeten tijdig een afspraak maken met het laboratorium van hun keuze. Het is dan ook aangewezen dat ze het aanvraagformulier vóór 15 oktober bezorgen aan hun laboratorium. Zo niet lopen ze het risico dat hun staalname niet meer kan ingepland en uitgevoerd worden.
- Als na de bestelling een reactie van het laboratorium uitblijft, neemt de land- of tuinbouwer het best tijdig contact met hen op. De land- of tuinbouwer blijft verantwoordelijk voor de tijdige uitvoering van de staalname.
- Het staat de land- en tuinbouwers vrij om het nitraatresidu op hun percelen meerdere malen te laten bepalen. Ze moeten er wel rekening mee houden dat alleen de nitraatresidubepalingen die zijn uitgevoerd in de periode van 1 oktober tot en met 15 november geldig zijn. Alleen het laagste analyseresultaat van alle geldige staalnames wordt door de Mestbank in rekening gebracht en getoetst aan de drempelwaarden voor het bepalen van eventuele maatregelen. Voor de uitbetaling van de beheerovereenkomst water wordt enkel het resultaat van de 1e analyse in beschouwing genomen.
Land- of tuinbouwers die een beheerovereenkomst water hebben gesloten met de VLM moeten in de periode van 1 oktober tot en met 15 november een nitraatresidubepaling laten uitvoeren op alle percelen waarop de maatregel wordt toegepast.
In tegenstelling tot de opvolgstalen en de derogatiestalen verstuurt de VLM geen aanvraagformulieren voor de nitraatresidubepalingen in het kader van de beheerovereenkomst water. De land- of tuinbouwer moet er zelf voor zorgen dat er nitraatresidubepalingen uitgevoerd worden en neemt daarvoor het best tijdig contact op met een erkend laboratorium naar keuze.
Erkende laboratoria
Een overzicht van de erkende laboratoria waarbij de land- en tuinbouwers terecht kunnen voor het laten uitvoeren van een nitraatresidubepaling staat op de VLM-website: www.vlm.be > Land- en tuinbouwers > rubriek ‘in de kijker’.
Het Nitraatmeldpunt
Om de staalnamecampagne in goede banen te leiden, kunnen de land- en tuinbouwers ook dit jaar terecht op het Nitraatmeldpunt. Inloggen doen ze met behulp van hun elektronische identiteitskaart en een kaartlezer. Het Nitraatmeldpunt is te bereiken via de VLM-website: www.vlm.be > Land- en tuinbouwers > Nitraatmeldpunt.
De land- en tuinbouwers kunnen via het Nitraatmeldpunt voor de controlestalen vanaf 15 september t.e.m. 29 september melden:
- dat ze willen aanwezig zijn bij de nitraatresidustaalname op hun perceel en op welk telefoonnummer ze daarvoor willen verwittigd worden.
- of ze band- of rijbemesting hebben toegepast na 1 juli. Die percelen moeten nl. op een specifieke manier worden bemonsterd.
Na 29 september kunnen die meldingen alleen nog rechtstreeks bij het laboratorium dat aangeduid werd om de staalname uit te voeren. Als tijdens de staalname onregelmatigheden vastgesteld worden, dan kunnen land- en tuinbouwers dat vanaf 1 oktober melden via het Nitraatmeldpunt. Dat kan uiteraard voor alle staalnames, zowel voor die in opdracht van de Mestbank als die in eigen opdracht. De VLM zal alle meldingen onderzoeken en gepaste maatregelen nemen.
Gevolgen bij een te hoog nitraatresidu
Voor elk perceel, ongeacht of het een controlestaal, een opvolgstaal, een derogatiestaal of een staalname in het kader van een beheerovereenkomst water is, wordt het nitraatresidu getoetst aan de drempelwaarden. Als het nitraatresidu de drempelwaarden overschrijdt, moet de land- of tuinbouwer begeleidende maatregelen toepassen in het jaar volgend op de staalname (2015). De land- en tuinbouwer ontvangt voor de start van het bemestingsseizoen 2015 een brief van de Mestbank met de eventuele begeleidende maatregelen.
Vragen?
Voor al hun vragen en opmerkingen over controlestalen, opvolgstalen en derogatiestalen kunnen de land- en tuinbouwers steeds terecht op de telefoonnummers van de regionale vestigingen van de VLM:
VLM Regio West:
- vestiging Brugge: Velodroomstraat 28, 8200 Brugge: tel. 050 45 82 02
- vestiging Gent: Virginie Lovelinggebouw, Koningin Maria Hendrikaplein 70 bus 75, 9000 Gent:
tel. 09 244 86 12
VLM Regio Oost
- vestiging Herentals: Cardijnlaan 1, 2200 Herentals: tel. 014 25 83 81
- vestiging Hasselt: Koningin Astridlaan 10, 3500 Hasselt: tel. 011 29 87 63
- Nieuw adres vanaf 27/10: VAC Hasselt, Koningin Astridlaan 50, 3500 Hasselt.
- vestiging Leuven: Diestsepoort 6 bus 74, 3000 Leuven: tel. 016 66 52 64
Voor specifieke vragen over de beheerovereenkomst water, kunnen de land- en tuinbouwers terecht bij Anneke Thuy op 02 543 69 79 of bij de regionale vestigingen:
VLM Regio West:
- vestiging Brugge en Gent: Michel De Clerck: tel. 09 244 85 63
VLM Regio Oost:
- vestiging Herentals en Hasselt: Dirk Awouters: tel. 011 29 88 06
- vestiging Leuven: Sven Jardin: tel. 016 66 52 86