Boerenbond berekende het Vlaamse landbouwinkomen 2015 en noteert een verdere daling van 1 procent ten opzichte van de dramatische daling in 2014, waarin het landbouwinkomen terugliep met 19 procent tegenover 2013.
Daarmee wordt bevestigd wat elke land- of tuinbouwer al maanden voelt: ondanks gedaalde kosten blijft het inkomen van de Vlaamse boer zwaar onder druk staan. In het laatste kwartaal van het jaar zal het bereikte akkoord van het Ketenoverleg wel voelbaar zijn. Dat zal zorgen voor een globale inkomensstijging van 6,4 procent wat in de melkvee- en varkenshouderij de verliezen voelbaar zal milderen, maar niet oplossen.
Traditiegetrouw raamt Boerenbond eind september het inkomen van de ‘Vlaamse boerderij’. Deze raming gebeurt op basis van gegevens van producties en van evoluties van prijzen van de eerste 8 maanden van het jaar. Die worden vervolgens geëxtrapoleerd op jaarbasis. De voorlopige gegevens wijzen op een herstel van de productiewaarde in de plantaardige sectoren ten opzichte van 2014, terwijl de productiewaarde in de dierlijke sectoren verder daalt.
Productiewaarde plantaardige plus 13%
De plantaardige sectoren bleven in grote mate gespaard van de gevreesde droogte in het voorjaar. De graanopbrengsten waren onverwacht goed. Voor aardappelen en industriegroenten kwam de regen wat te laat, waardoor de opbrengsten lager uitvallen dan in 2014. Daarentegen liggen de prijzen voor aardappelen en verse groenten duidelijk hoger dan vorig jaar, wat zeker nodig was voor aardappelen na de dramatisch lage prijs in 2014. In de fruitsector werden vooral voor appelen ondermaatse prijzen opgetekend. Voor het nieuwe fruitseizoen blijven de onzekerheden groot en dit zowel voor appelen als voor peren. In de sierteelt wordt de boomkwekerijsector geplaagd door verdere prijsdalingen.
Productiewaarde dierlijke sectoren min 10%
De prijsdalingen die zich in de melkveehouderij en varkenshouderij al in 2014 voordeden, zetten zich in 2015 nog meer uitgesproken verder. Zo ligt de eindproductiewaarde in de varkenshouderij 12 procent lager dan vorig jaar. In de melkveehouderij ligt de eindproductiewaarde zelfs 22 procent onder het niveau van 2014. De toeslagen die men vanuit de agrovoedingsketen de volgende maanden zal uitbetalen, zullen deze daling licht milderen tot respectievelijk 10 procent (varkens) en 19 procent (melk).
In de rundvleessector en de braadkippensector noteert Boerenbond een lichte daling van de productiewaarde, terwijl de omzet in de eiersector toeneemt met 18 procent. Daarom concludeert de landbouworganisatie dat, mocht Vlaanderen één grote boerderij zijn, er in 2015 globaal gezien een daling van eindproductiewaarde verwacht wordt van 2 procent.
Globaal inkomen
In 2015 namen de kosten voor veevoeder, energie en plantenvoeding verder af. Ook de kosten voor gewasbeschermingsmiddelen daalden dit jaar als gevolg van de lagere ziektedruk bij de planten. Boerenbond noteert een totale kostendaling van bijna 3 procent. Na verrekening van subsidies en taksen resulteert dit alles in een globaal inkomen dat zo’n 1 procent lager ligt dan in 2014, het jaar waarin een forse inkomensdaling van 19 procent opgetekend werd. Door het feit dat er in 2015 minder landbouwers actief zijn dan in 2014 betekent dit voor de Vlaamse landbouwer een stabilisatie van het inkomen per capita.
In 2015 wordt de scherpe inkomensdaling van 2014 dan ook bestendigd. De handelsboycot die Rusland begin augustus 2014 uitriep tegen onder andere Europese landbouwproducten, verstoorde, zoals verwacht, de markt in 2014 enorm en laat een jaar later nog duidelijk sporen na, vooral in de melksector en de varkenssector. De crisis van 2014 blijft voelbaar op elk bedrijf en wordt nu verder bevestigd door de cijfers. Het feit dat Rusland in juni 2015 de boycot verlengd heeft, voorspelt weinig goeds voor de nabije toekomst.
Akkoord ketenoverleg brengt soelaas
Op 31 augustus 2015 hebben de partners van het Belgisch ketenoverleg agrovoeding een akkoord bereikt om een éénmalige rechtstreekse toeslag voor melkveehouders en varkenshouders toe te kennen. Op die manier wordt de crisis op korte termijn gemilderd voor deze bedrijven. Het akkoord dat gesloten werd over het oprichten van stabiliteitsfondsen voor melk en varkensvlees moet nog geconcretiseerd worden en zal pas op langere termijn resultaat opleveren.
Voor de Belgische melkveehouders komt het akkoord neer op een extra toeslag van € 46 miljoen (€ 27,6 miljoen voor Vlaamse melkveehouders) voor een periode van 6 maanden en voor de varkenshouders betekent dit € 30 miljoen (€ 29,1 miljoen voor de Vlaamse varkenshouders). Dit komt voor Vlaanderen neer op een extra bedrag van € 56,7 miljoen in 2015. Door dit mee in rekening te brengen, buigt het verwachte inkomensverlies van 1 procent om in een inkomensstijging van 6,4 procent. Daarmee mildert het akkoord van het Ketenoverleg, zij het in beperkte mate, de gevolgen van de slechte prijsvorming die al 2 jaar zwaar doorwegen op het inkomen van de Vlaamse land- en tuinbouw.