Het mestseizoen is weer van start. Er worden weer meststoffen aangewend op het grasland. Tenminste als dat niet in een vijver is veranderd. Naast kunstmest worden alternatieve meststoffen steeds meer gebruikt. Bij alternatieve meststoffen kun je denken aan mineralenconcentraat of spuiwater. Als je alternatieve meststoffen gebruikt, verdiep je dan in de eigenschappen van die meststof. Deze meststoffen hebben voordelen, maar ook uitdagingen.
Mineralenconcentraat
Mineralenconcentraat ontstaat bij de verwerking van dierlijke mest door ultrafiltratie. De belangrijkste elementen zijn stikstof en kali. Doorgaans bevat mineralenconcentraat ook een kleine hoeveelheid fosfaat. Gemiddeld bevat mineralenconcentraat:
- 7 kg stikstof / ton
- 8 kg kali / ton
- 0,5 kg fosfaat / ton
Je moet dus vooral rekening houden met de hoeveelheid kali. Als je bijvoorbeeld een gift drijfmest combineert met mineralenconcentraat op grasland, dan bestaat het risico op een overdaad aan kali. Teveel kali in gras beperkt de opname van magnesium in de koe en kan leiden tot gezondheidsproblemen.
Let ook op het moment van aanwenden, omdat de stikstof uit mineralenconcentraat onder bepaalde weersomstandigheden gemakkelijk vervluchtigt. Als mineralenconcentraat wordt aangewend in een droge en warme periode, adviseren we om het te verdunnen met water. Bijvoorbeeld door na het aanwenden van de concentraat water aan te wenden met behulp van de beregeningsinstallatie.
Spuiwater als alternatieve meststof
Spuiwater is een restproduct van de luchtwasser. Het ontstaat doordat ammoniak en fijnstof worden afgevangen in de luchtwasser. Afhankelijk van het luchtwasser systeem ontstaan verschillende soorten spuiwater. Er zijn verschillen tussen spuiwater uit een chemische luchtwasser of spuiwater uit een biologische luchtwasser.
Spuiwater uit de chemische luchtwasser
Het spuiwater uit een chemische luchtwasser bevat hoofdzakelijk ammoniumsulfaat en nog een restant van het gebruikte zuur voor afvangen van de ammoniak (meestal zwavelzuur). Het ammoniumsulfaat bevat stikstof (in de vorm van ammonium) en zwavel; wat je kan inzetten voor bemesting. Spuiwater van een chemische luchtwasser bevat gemiddeld:
- 40 kg stikstof / ton
- 50 kg zwavel / ton
Je moet in dit geval dus rekening houden met de hoeveelheid zwavel. Doordat spuiwater een hoge concentratie zwavel bevat, bestaat het risico op een overdaad aan zwavel. Desalniettemin biedt zwavel in spuiwater ook kansen. In het voorjaar heeft grasland zwavel nodig en hierin voldoet spuiwater dus.
Gebruik je spuiwater uit de chemische luchtwasser? Dan mag je deze niet mengen met andere mest. Als bijvoorbeeld spuiwater met drijfmest wordt gemengd leidt dat tot de vorming van diwaterstofsulfide, wat een zeer giftig gas is.
Spuiwater uit de biologische luchtwasser
Spuiwater van een biologische luchtwasser ontstaat doordat bacteriën in de luchtwasser de ammoniak wegvangen. Dit spuiwater bevat alleen stikstof. De stikstofvormen in dit spuiwater zijn nitriet, nitraat en ammonium. In tegenstelling tot de chemische luchtwasser is er een grote variatie in stikstofgehaltes van spuiwater uit de biologische luchtwasser. Bij gebruik van dit spuiwater moet je er dus rekening mee houden dat de gehaltes in het spuiwater wisselend zijn.
Heb je nog vragen over het gebruik van alternatieve meststoffen? De specialisten van Agra-Matic Mineraal staan voor je klaar.
Meer over graslandbeheer? Check de partnerpagina van De Heus.