De variabele kost op robotbedrijven ligt gemiddeld 2,58 euro per 100 liter melk hoger dan op bedrijven met een klassiek melksysteem. Die hogere kost wordt niet steeds gecompenseerd door meer melk. Het aandeel krachtvoeder (zeker eind lactatie) leidt deels tot die hogere kost. Koeien op een alternatieve manier, met minder krachtvoeder, naar de robot lokken door middel van voederbieten lijkt dus een interessante piste.
Melkveehouder Johan Vanhecke uit Maldegem speelde al enige jaren met het idee om koeien met voederbieten naar de melkrobot te lokken. Op die manier hoopte hij een aantal uitdagingen van robotmelken aan te pakken: te vette eind-lactatie koeien vermijden, het aantal robotbezoeken verhogen en ophaalkoeien verlagen en (kracht)voederkosten verlagen.
Troeven van voederbieten als alternatief lokmiddel
Koeien zijn zot van voederbieten. Ze zijn dus heel geschikt als lokmiddel. Hoewel voederbieten energierijk zijn, brengen ze door het laag drogestofpercentage slechts weinig energie aan per kilogram vers product. Ze kunnen dus perfect fungeren als lokmiddel voor koeien eindlactatie. Bovendien zijn ze goedkoper dan krachtvoeder.
Ontwerp & optimalisatie van de installatie
Johan Vanhecke ontwikkelde, samen met de ingenieurs van Meyland, VDW Technics en ILVO, een installatie die bieten versnijdt en verstrekt in zijn Lely melkrobot. De bieten worden automatisch aangevoerd, zo vers mogelijk versneden en uiteindelijk op vraag verstrekt. Via een koppeling met de Horizon-software van Lely worden de bieten gedoseerd. Bieten worden verstrekt als één portie per robotbezoek of als een ingestelde hoeveelheid per dag.
Om brugvorming (verstopping) in het systeem te voorkomen, werd een sensor ingebouwd die de veehouder alarmeert als dit het geval is. Ook werd de installatie uitgerust met een camera om de opname en voederresten in te schatten wanneer de koe de box verlaat.
Praktijkproeven
Eind 2022 was de installatie volledig operationeel en werd gestart met de praktijkproeven. Hierin werd gekeken naar het effect van het verstrekken van voederbieten op het aantal melkbeurten, melkproductie en/of gezondheidsparameters bij koeien eindlactatie en op het aantal melkbeurten, melkproductie, gezondheidsparameters en het aantal ophaalkoeien in een melkrobot.
Proef 1
In deze proef kregen 26 koeien/vaarzen eindlactatie ofwel weinig bieten (één kilogram) ofwel veel bieten (drie of vier kilogram). Na drie weken werden de behandelingen omgewisseld. Vaarzen en koeien die veel bieten kregen hadden een significant hoger aantal melkingen per dag (2,4 versus 2,2), een korter interval tussen bezoeken en een hoger aantal robotpassages (67 versus 59 over de volledige periode). Verder was er geen effect op de melkproductie en/of melksamenstelling, noch op de herkauwminuten. Wel was de melksnelheid en de maximale melksnelheid hoger voor de dieren die weinig bieten kregen. Dit zou verband kunnen houden met langere intervaltijd, meer druk op de uier en sneller melken. Bij de hoge dosis bieten bleef gemiddeld 420 gram restvoeder achter in de melkrobot. Bij de lage dosis was dat slechts 310 gram.
Proef 2
In deze proef werden alle dieren op de robot in twee groepen opgesplitst: géén bieten of wél bieten (drie kilogram per dag). Na een periode van drie weken werd de behandeling omgewisseld. Koeien die bieten kregen hadden ook hier een hoger aantal melkingen (2,5 versus 2,4), een korter interval tussen bezoeken en een hoger aantal robotpassages (58 versus 55). Er was ook geen effect op melkproductie en/of melksamenstelling, noch op herkauwminuten. Dieren die bieten kregen lieten ook meer restvoer achter dan dieren die geen bieten kregen (320 gram tegenover 250 gram).
Alternatieven in de zomer
Voederbieten van goede kwaliteit zijn beschikbaar tot april. Voor de periode mei tot augustus moet men op zoek naar alternatieve gewassen, zoals aardappelen, afvalperen, afvalappelen. Deze zijn vaak echter moeilijk of niet beschikbaar, te duur of niet geschikt voor een melkveerantsoen. In het project LOKROB probeerde men voederbieten ook langer te bewaren. Dit gebeurde in houten kratten in frigo’s waar ook pootgoed van aardappelen bewaard wordt. De voederbieten werden in de frigo’s gestockeerd tot mei. Vanaf mei werden de bieten gestockeerd bij bewaaraardappelen en dit tot eind juli. Zo konden in 2022 de bieten vervoederd worden tot half augustus.
Kostprijs en rendabiliteit
Voor de installatie wordt gerekend met een aanschafwaarde van 32.150 euro, afschrijving op tien jaar, vier procent rente en een onderhoudskost van 2.5 procent (richtlijn KWIN). Arbeid is nodig voor het vullen van de voorraadbak met bieten (één keer per week) en het reinigen van de installatie (één keer per drie maand). Aan de opbrengstzijde werd rekening gehouden met een positief voersaldo.
De bieten worden verstrekt in een hoeveelheid van drie kilogram per vaars per dag en vier kilogram per koe per dag en vervangen op drogestof-basis een even grote hoeveelheid krachtvoeder. Gemiddeld wordt op die manier 0,63 kilogram drogestof per koe per dag uitgespaard. Rekening houdend met de kostprijs voor de bieten levert dit een positief voersaldo van 0,13 euro per koe per dag bij krachtvoederprijs van 462 euro per ton (Boer & Tuinder, mei 2023). In dit scenario is de investering niet rendabel voor één robot, maar wel voor twee of meer robots. Bij een stijging van de melkproductie wordt het resultaat in alle gevallen positief.
Conclusie
Binnen het project LOKROB werd een installatie gebouwd om voederbieten automatisch aan te voeren, te versnijden en te doseren in de melkrobot. Praktijkproeven toonden herhaaldelijk aan dat voederbieten verstrekken in de melkrobot het aantal melkingen bij vrij koeverkeer verhoogt. Een positief effect op de melkproductie bleef uit. Waar eerder onderzoek aangetoond had dat ook het aantal ophaalkoeien significant lager was, kon dit in de huidige praktijkproeven niet bevestigd worden. Er is nog verder onderzoek nodig om krachtvoeder nog meer en op een andere manier te vervangen door voederbieten in de melkrobot.
Project LOKROB
Het project LOKROB is een Europees project binnen het partnerschap voor innovatie (EIP of operationele groep). In dergelijk project gaan veehouders, samen met onderzoekers en andere stakeholders op zoek naar een haalbare oplossing voor hun probleem. In project LOKROB onderzocht melkveehouder Johan Vanhecke hoe hij voederbieten kon gebruiken als lokmiddel in de melkrobot. Daarnaast onderzochten andere veehouders of kalvergeluiden als alternatief lokmiddel gebruikt kunnen worden.
Bron: Europees Landbouwfonds voor Plattelandsontwikkeling