Na drie jaar garantie geraken de overgebleven Belgische contractuele melkveehouders van FrieslandCampina in totale onzekerheid. Volgens coöperatievoorzitter Frans Keurentjes stonden de directie en de raad van bestuur wegens het hoge melkaanbod voor het dilemma: investeren in volumecapaciteit of in meerwaardecreatie. Ze hebben voor het laatste gekozen. Er komt een financiële penalisatie voor teveel geleverde melk en bovendien worden nieuwe voorwaarden opgelegd. Voor de contractuele melkveehouders komt er nog een klap bovenop. Ze krijgen een contract voor onbepaalde duur voorgeschoteld dat moeilijk om slikken is.
“Wij hebben gekozen voor een duidelijke koers: structureel creëren van meerwaarde door een betere focus op toegevoegdewaardeproducten”, schreef coöperatievoorzitter Frans Keurentjes aan zijn leden-coöperanten in de begeleidende brief bij het voorstel voor leveringsbeperking. Het is een voorstel voor gebalanceerde groei van het melkaanbod, zo luidt het, en die moet bijdragen tot een structurele balans tussen marktvraag, melkaanbod en verwerkingscapaciteit. Daarnaast wordt ingezet op koploperschap in duurzaamheid en onder andere de introductie van een Top-Zuivellijn (Bijzondere Melkstroom).
Inhouding van 10 eurocent
Voor een periode van 2 jaar zal telkens 2 jaar vooraf een zogenaamd marktconform groeipercentage worden vastgelegd. Belangrijk daarbij is dat er, naast het marktconform groeipercentage, ruimte ontstaat voor ‘latente’ groei door bedrijven die stoppen, door bedrijven die hun vergelijkingsvolume niet halen en door bedrijven die vertrekken bij FrieslandCampina. Voor leveringen boven de vastgelegd marktconforme groei plus de verdeelde latente ruimte wordt 10 eurocent per liter ingehouden. Vanaf 2024 geldt dat een deel van de inhouding van 10 eurocent individueel wordt verrekend en een deel voor het collectief kan worden ingehouden.
Om de groei van de individuele melkveebedrijven te kunnen bepalen, krijgt elk melkveebedrijf een individueel vergelijkingsvolume. Voor elk bedrijf werd het hoogste vergelijkingsvolume van 5 referentieperiodes tussen 17 april 2015 en 16 april 2018 bepaald op basis van de som van de geleverde kg eiwit, vet en lactose. Het voorstel voor gebalanceerde groei is goedgekeurd door de ledenraad op 18 december 2018 en het nieuwe reglement wordt van kracht op 1 januari 2019.
Voor het blok
Nadat in 2013 reeds 270 Belgische contractuele melkveehouders waren afgestoten, moesten bij de afschaffing van de melkquota in 2015 nog eens 443 of de helft vertrekken. De 421 melkveehouders die overbleven kregen een contract voor 3 jaar voorgeschoteld. Dat hield dus een leveringsgarantie in tot eind 2018. Ondanks stevige onderhandelingen van de producentenorganisatie (PO) Dairycam, die 150 contractuele melkveehouders vertegenwoordigt, moeten ze het vanaf 2019 stellen met een contract voor onbepaalde duur, dat opzegbaar is op 5 maanden. Bovendien bevat het contract een aantal nieuwe eisen, die voor velen niet haalbaar zijn. Vanaf 1 januari moet iedereen een ‘Bijzondere melkstroom’-contract tekenen met extra eisen op het gebied van dierenwelzijn, klimaat en natuur. Zo worden ook bindstallen op termijn verboden De geleverde melk moet van dubbel A-kwaliteit zijn en ook de voorwaarden van weidegang worden opgelegd. Een honderdtal melkveehouders valt nu reeds af, zodat er nog een driehonderdtal zullen overblijven.
Bron: Jef Verhaeren in Melkveebedrijf januari 2019