“De agrohandel heeft de coronacrisis relatief goed doorstaan”, stelt Vlaams minister van Landbouw en Visserij Hilde Crevits. Ze baseert zich daartoe op meest recente agrohandelsrapport van het Departement Landbouw en Visserij. De invoer bedroeg in 2020 32,6 miljard euro en de uitvoer 38,9 miljard euro. Het handelssaldo ligt daarmee op +6,3 miljard euro. Het Vlaamse aandeel in de totale Belgische in- en uitvoer van agrarische producten bedraagt telkens 85 procent.
De agrohandel is vorig jaar minder hard getroffen door de coronacrisis dan de totale Vlaamse handel: de totale uitvoer van goederen slonk in 2020 met 8 procent, de invoer met 10 procent. De agrovoedingsketen bleef als essentiële sector op volle toeren draaien, maar de vraag naar bepaalde producten verminderde, bijvoorbeeld door de gedwongen sluiting van de horeca. Sommige markten raakten tijdelijk verstoord.
Zuivelproducten blijven in 2020 onze belangrijkste producten binnen de totale agrohandel. Ze laten de hoogste in- en uitvoerwaarde optekenen. Cacaoproducten en vers vlees staan op de tweede en derde plaats bij de exportproducten en creëren beiden een fors handelsoverschot van meer dan een miljard euro. Dat laatste geldt ook voor aardappelbereidingen, bier en banketbakkerswerk. Andere sterke exportproducten zijn diepvriesgroenten en landbouwmaterieel.
Export in hoofdzaak naar Europese landen
82 procent van de export van agrarische producten ging naar de EU-28 landen. Nederland is de voornaamste afzetmarkt. Frankrijk volgt op korte afstand. In 2019 stond Frankrijk op de eerste plaats. Onze noorderburen zijn goed voor 7,6 miljard euro, onze zuiderburen voor 7,5 miljard euro. Duitsland en het Verenigd Koninkrijk prijken op de derde en vierde plaats. De twee voornaamste niet-Europese klanten zijn de Verenigde Staten en China, grote afnemers van respectievelijk bier en vlas.
Nederland exporteert voor 9,6 miljard euro aan agrohandelsproducten naar Vlaanderen en is daarmee veruit onze belangrijkste leverancier. Daarna volgen Frankrijk en Duitsland. 27 procent van de geïmporteerde producten komt van buiten de EU-28.
Vlaanderen boekt het grootste agrohandelsoverschot met het Verenigd Koninkrijk, gevolgd door Duitsland en Frankrijk. De totale invoer uit Groot-Brittannië daalde sterk, terwijl de uitvoer stabiel bleef. Het Verenigd Koninkrijk maakte in 2020 nog deel uit van de interne Europese markt. Mogelijk speelt er een pre-Brexiteffect, een teruggang van de handel door onzekerheid over en anticipatie op een daadwerkelijke Brexit. Met Nederland, Brazilië en Ivoorkust is er een stevig handelstekort. Nederland is het enige EU-land, waarmee Vlaanderen een handelstekort heeft.
Vlaanderen is een netto-importeur van visserijproducten. De invoerwaarde lag vorig jaar op 1,6 miljard euro, de uitvoer op 882 miljoen euro.
Het positieve saldo wijst erop dat de Vlaamse agrovoedingssector toegevoegde waarde creëert. We voeren veelal onbewerkte bulkproducten in en voeren in grotere mate meerwaarde-producten uit.
De Vlaamse agrohandelscijfers zijn een weergave van de rechtstreekse in- en uitvoerbewegingen van goederen tussen twee landen op basis van gegevens van de Nationale Bank van België (NBB) en de Comext-databank van Eurostat. Van ingevoerde producten is het aandeel dat doorgevoerd wordt naar andere landen niet bekend.
Het rapport is beschikbaar op: De Vlaamse agrohandel in 2020 | Landbouw & Visserij (vlaanderen.be)
Bron: Kabinet minister Crevits – 22 juli 2021