Maïskopbrand of ook wel head smut genoemd is een schimmelziekte (Sphacelotheca reiliana) die sinds 2012 op steeds meer plaatsen voorkomt. Uit ervaringen in de praktijk en uit proeven is gebleken dat de aantasting met Maïskopbrand in maïspercelen in 2018 weer verder is toegenomen. Daar waar het zich in het verleden hoofdzakelijk beperkte tot percelen maïs op (rivier)klei, is dit jaar ook op grotere schaal aantasting in maïs op zandgrond geconstateerd. In de praktijk wordt deze schimmelaantasting niet altijd herkend, omdat deze mogelijk verward wordt met de schimmel die Builenbrand veroorzaakt (Ustilago maydis).
De overeenkomst is dat beide schimmels in de grond overblijven, maar de mate van schade bij Maïskopbrand is veel groter. Maïskopbrand dringt via de wortels de plant binnen en de kans op aantasting van de toekomstige generatieve organen (kolf en pluim) neemt sterk toe naarmate de groeisnelheid van het gewas trager is. Een natte en/of koude junimaand draagt hieraan bij. Bij een aantasting met Maïskopbrand worden na de bloei de kolf en pluim van de maïsplant in sporen omgezet. Sterk aangetaste pluimen hebben een ‘flessenborstel’ aanzicht. Aangetaste kolven zijn kleiner dan gezonde, zijn peervormig en voelen zacht/pluizig aan. Bij een zware aantasting is een voor Maïskopbrand kenmerkende ‘zwarte stofwolk’ van schimmelsporen rond de hakselaar tijdens het hakselen van de maïs waar te nemen. Via deze machine en door de wind worden deze sporen verder op het bewuste, maar ook naar naburige percelen verspreid. Ook verspreiding via schoeisel is zeer wel mogelijk. Bij een gebleken aantasting dient een zeer goede hygiëne betracht te worden. De mate van aantasting en daarmee schade is afhankelijk van de (weers)omstandigheden, de schimmeldruk en de gevoeligheid van het gezaaide ras. Gevallen van aantasting van 20% op perceelsniveau tot pleksgewijs zelfs 100% zijn bekend.
Uit onderzoek in de afgelopen vier jaar is gebleken dat sommige maisrassen niet of nauwelijks en andere juist heel sterk vatbaar zijn voor een Maïskopbrandaantasting. Het ploegen van de grond, voorafgaand aan de maïsteelt vermindert de aantastingsgraad enigszins. Niettemin, gevoelige rassen blijven onaanvaardbare hoge Maïskopbrandpercentages noteren. Ploegen is dus een cultuurtechnisch hulpmiddel, maar geen remedie op zich. Effectiever is het om voor teelt in het volgende seizoen de rassenkeuze aan te passen. Maïsrassen, waarvan uit meerjarige proef- en praktijkervaringen is gebleken en bekend is dat deze een zeer goede maïskopbrandresistentie hebben, zijn: Autens, Stabil, Megusto, Figaro en Ronaldinio. Vraag uw maïszaadleverancier of KWS-adviseur om meer informatie over deze maïsrassen.
Bron: KWS-Benelux
Van onze partner KWS
Let op de kopbrandresistentie bij de maïsrassenkeuze