Melkveehouder Rudolf Feitsma uit het Groningse Oldehove zorgt ervoor dat zijn dieren niets tekort komen. Dat is ook terug te zien in de huisvesting. Van de jongste kalveren tot de melkgevende en droogstaande koeien, op elk deel van het bedrijf is het goed voor elkaar. “We streven niet naar de hoogste productie, maar wel naar het hoogste rendement”, vertelt de melkveehouder. Voor het behalen van het optimale rendement is DSD Stalinrichting al zo’n 25 jaar vaste partner.
Feitsma heeft in maatschap met zijn echtgenote een gemengd bedrijf met melkvee en akkerbouw. De melkveestapel bestaat uit 125 melk- en kalfkoeien en bijbehorend jongvee. Naast gras en mais verbouwt de melkveehouder wintertarwe, veldbonen en suikerbieten. De wintertarwe en veldbonen worden grotendeels vervoederd op het eigen bedrijf. Wintertarwe wordt ontsloten en de veldbonen worden gemalen. “Zo hoeven we minder krachtvoer aan te kopen. Dit helpt ons te voldoen aan de klimaatopgaven”, legt Feitsma uit.
De maatschap ruilt ook grond uit met een buurman-pootgoedteler. Dit is gekoppeld aan een stuk mestafzet. “Ongeveer tweederde van onze grond is geschikt voor pootgoedteelt. Dat is gunstig, want daar is de laatste jaren veel vraag naar hier in de buurt”, aldus Feitsma, die blij is met de plek waar hij zit. “Dit is een goed gebied om boer te zijn. Ik geloof ook in een toekomst voor de melkveehouderij. Er is vraag naar onze producten, maar de politiek moet de sector wel blijven ondersteunen.”
Robuuste koeien
De gemiddelde melkproductie op het bedrijf van Feitsma ligt rond de 10.000 kilogram met 4.60 procent vet en 3.60 procent eiwit. De bloedvoering van de veestapel bestaat gemiddeld voor zestig procent uit Holstein, twintig procent uit Brown Swiss en voor twintig procent uit Montbéliarde. “We hebben vrij veel ingekruist de afgelopen jaren. Ons fokdoel is behoud van productie met een zelfredzame koe. Anders heb je ergernis en kosten. We streven niet naar de hoogste productie, maar wel naar het hoogste rendement.”
Zeer tevreden over robotmelken
Op het bedrijf van Feitsma wordt al bijna 25 jaar automatisch gemolken. Eerst met één Lely-robot en in 2009, met de komst van de nieuwe 0-6-0 stal, met twee robots. Vorig jaar zijn beide robots vervangen door twee nieuwe A5-robots, waardoor de veehouder weer even vooruit kan. Feitsma is erg tevreden over automatisch melken en zou nooit meer terug willen naar een melkstal. Zeker in een tijd als nu, waarin goede melkers schaars voorhanden zijn. Het loopt goed in de stal. Het gemiddeld aantal melkingen per koe per dag zit momenteel op 3,1.
De introductie van de melkrobot op het bedrijf betekende destijds wel het einde van de weidegang. “We hebben het nog wel even geprobeerd, robotmelken en weiden, maar het werkte niet goed. We hielden niet voldoende loop op de robot. Daarom zijn we daar destijds mee gestopt en houden we de koeien dag en nacht op stal. Hierdoor kunnen we ook zo constant mogelijk voeren.”
Op dit moment voert Feitsma een rantsoen waarvan 75 procent van de droge stof uit gras bestaat en 25 procent uit mais. Daarbij wordt er nog 3,5 kilogram ontsloten tarwe en een kleine hoeveelheid raapschroot, mineralen en kalk toegevoegd in de voermengwagen. De bedoeling is het raapschroot later dit jaar te vervangen door gemalen veldbonen. Voor het drinkwater, ook een onmisbare pijler onder een gezonde veestapel met een goede productie, wordt gewerkt met een rondpompsysteem op hoge druk. De drinkbakken worden wekelijks met een borstel schoongemaakt, zodat de koeien altijd de beschikking hebben over vers water.
Koecomfort belangrijk in de huisvesting
Naast een goed rantsoen en een goede loop op de robot, hecht Feitsma veel waarde aan koecomfort. In de stal uit 2009 is een groot deel van de koematrassen vorig jaar vervangen door het AUC-waterbed. “We hadden in de hele stal standaard koematrassen, maar zeker in de buitenste rijen, waar de koeien op één of andere manier het liefste liggen, raakten ze versleten. Daar zochten we wat anders voor. Iets waar koeien gegarandeerd goed op kunnen liggen en wat makkelijk schoon te houden is. Mede op advies van DSD Stalinrichting, met wie we al zo’n 25 jaar zaken doen in het kader van de huisvesting, kwamen we uit op de AUC-waterbedden. Dat was best wel een investering, maar geeft in ons geval wel het beste ligcomfort. En een investering in goed ligcomfort betaalt zich altijd terug. Met de waterbedden kunnen we minimaal vijftien jaar vooruit en liggen de koeien altijd perfect.”
Koeien verkiezen AUC-waterbedden boven de gewone matrassen
Een blik in de stal laat zien dat de melkkoeien op het Groningse bedrijf graag op de AUC-waterbedden liggen. De boxen in het midden, waarin de gewone matrassen nog liggen, worden ook wel bezet, maar minder frequent. “Eerlijk vergelijken kunnen we niet, omdat de buitenste rijen altijd al favoriet waren, maar ik weet zeker dat we de koeien zo qua comfort niets tekort doen”, vertelt de veehouder.
Hij laat zien dat als een koe opstaat, het waterbed iets opbolt. “Zo droogt het net even mooier op. Ook goed voor de hygiëne dus.” Als boxstrooisel gebruikt Feitsma gemalen stro, waarvan eens in de twee weken een voorraadje voorin de boxen wordt gebracht. Drie keer in de week worden de boxen even bijgewerkt en bestrooid met een kalkmengsel. Dit werkt voor de uiergezondheid in elk geval goed, want op dat punt hoor je Feitsma niet klagen. “We hebben hier weinig mastitisgevallen en qua celgetal zitten we goed: tussen de 110.000 en 120.000.”
Van rechte schoftboom naar golfschoftboom
Tegelijkertijd met het vervangen van de boxbedekking vervingen de monteurs van DSD Stalinrichting ook de rechte schoftboom door een golfschoftboom op de zwevende ligboxen. Dit zodat de koeien makkelijker kunnen opstaan en met alle vier de poten in de boxen kunnen staan. “Met de rechte schoftboom zag je ze nogal eens met de achterpoten op de roosters staan. Dit gaf onnodige belasting op de klauwen. Natuurlijk zie ik ze liever liggen in de boxen, maar als ze toch staan, dan het liefst met alle vier poten in de box.”
Om het koecomfort nog verder te optimaliseren, liet Feitsma vorig jaar ook nog twee Comfy roterende koeborstels monteren in de stal. “We hadden eerst vaste koeborstels. Maar dit is een hele vooruitgang. Je ziet er altijd wel een koe onder staan. Dat betekent dat de behoefte er zeker is.”
LED-verlichting maakt het verschil
De melkveestal van Feitsma wordt sinds twee jaar verlicht door LED-verlichting van Agrilight geïnstalleerd door DSD. Daarvoor was de stal voorzien van natriumlampen. “Deze waren technisch afgeschreven. Ik zou natuurlijk nieuwe natriumlampen kunnen laten installeren, maar op LED-verlichting kon je toen nog EIA-investeringsaftrek krijgen. Bovendien was destijds de stroomprijs hoog en dan ga je een beetje rekenen en dan was LED-verlichting al snel heel aantrekkelijk. Met de energieprijzen van toen zou ik ze in 1,5 jaar hebben terugverdiend. Inmiddels is de prijs voor energie natuurlijk flink gedaald, maar het blijft een goede investering. Het werkt ook mooi. Het licht gaat automatisch langzaam aan en langzaam weer uit. Je hebt ook meer aan het licht. Anders dan bij natriumverlichting is het licht gericht op de vloer, daar waar (je) het licht moet zijn.”
Huisvesting droogstaande koeien en jongvee ook belangrijk
Niet alleen bij de melkgevende koeien wordt op het bedrijf van Feitsma veel aandacht besteed aan de huisvesting. Bij de droogstaande koeien, die met het jongvee in de voormalige melkveestal verblijven, heeft Feitsma ook de rechte schoftboom laten vervangen door een golfschoftboom. Daarbij zijn de boxen ook verbreed naar 1,20 meter. Het aantal boxen ging hierdoor van achttien naar zestien. “Zeker droogstaande koeien kunnen wel iets extra ruimte gebruiken om goed te kunnen liggen. En net als bij de melkgevende koeien zorgt de golfschoftboom dat de koeien niet onnodig met de achterpoten op de roosters staan.”
Vaarskalveren op het bedrijf gaan na een week in de eenlingbox over naar een strohok. Na vier maanden gaan ze op de roostervloer met ligboxen met Innova-matras. Dit is in dezelfde ruimte, dus met hetzelfde klimaat als het strohok. Nadat de melkveehouder in het verleden voor zijn gevoel te vaak longproblemen zag bij de kalveren, liet hij onderdrukventilatie aanbrengen in deze ruimte. “Nu gaat het prima. Het is hier nooit onder de tien graden Celsius.” Na zes maanden gaan de dieren over naar een ander deel van de stal met natuurlijke ventilatie.
DSD vaste partner voor huisvesting
Al met al is er de afgelopen jaren heel wat geïnvesteerd in de stalinrichting op het Groningse bedrijf. Al die tijd was DSD Stalinrichting vaste partner voor de huisvesting. “Ik ben dan ook heel tevreden over hen. Ze hebben goede producten en service en we liggen elkaar gewoon. Ik hecht aan vaste relaties met bedrijven en DSD Stalinrichting is er daar één van.”
Huisvesting belangrijke pijler voor maatschap Feitsma
Het melkveebedrijf van Feitsma investeerde door de jaren heen voortdurend in optimalisatie van huisvesting en koecomfort. DSD Stalinrichting is hier al 25 jaar vaste partner in.
Bedrijf in beeld
melkkoeien: 125 stuks • melkproductie: 10.000 kilogram met 4,60 vet en 3,60 eiwit
Tekst en beeld: Gerben Hofman en DSD Stalinrichting