Eind vorige week sloten de EU en het Verenigd Koninkrijk een nieuw post-Brexit handelsakkoord. De landbouworganisaties en beroepsfederaties reageren in eerste instantie behoedzaam.
Geen soft Brexit
“Een economische Brexit-ramp kon vermeden worden, maar een zachte landing zal het allesbehalve worden”, luidt het vanwege Boerenbond. De landbouworganisatie benadrukt dat de niet-tarifaire handelsbelemmeringen goed in de gaten moeten worden gehouden om meer kosten of concurrentienadeel zo veel mogelijk te vermijden.
“We moeten eerlijk zijn, een soft Brexit bestaat niet. Voor onze bedrijven is het nog steeds een Brexit, wat wil zeggen dat ze meer administratie, vertragingen, sanitaire eisen, kosten en potentieel zelfs minder marktaandeel tegemoet gaan”, stelt Boerenbondvoorzitter Sonja De Becker. “Bedrijven zullen macro-economisch geraakt worden, of zelfs op individueel niveau, afhankelijk van in hoeverre ze zelf handelen of er nog tussenschakels tussen zitten in hun banden met het VK.”
Welgekomen opsteker
Met een uitvoer ter waarde van 300 miljoen euro aan zuivel vanuit België is het VK de vierde belangrijkste uitvoerbestemming voor ons land. Alleen onze buurlanden Nederland, Frankrijk en Duitsland zijn grotere afnemers van Belgische zuivelproducten. De Belgische zuivelindustrie voert vooral kaas, melkdranken, gefermenteerde zuivelproducten en room- en consumptie-ijs uit naar het VK. Voor kaas betreft het vooral smeltkaas en mozzarella. Voor deze laatste dreigde een invoerheffing van 70 procent, die uiteraard zware negatieve gevolgen zou gehad hebben voor de uitvoer.
“De Brexitdeal is een welgekomen opsteker voor de zuivelsector in dit zware coronajaar met sterk gedaalde zuivelprijzen en aanzienlijk omzet- en margeverlies. Een no-deal konden we er echt niet bij nemen”, aldus Renaat Debergh. De afgevaardigd bestuurder van de Belgische Confederatie van de Zuivelindustrie waarschuwt er echter voor dat de zuivelindustrie niettegenstaande het akkoord geconfronteerd zal worden met zwaardere administratieve en logistieke procedures bij de uitvoer naar het VK.
Vlaamse steunmaatregelen klaar
“Elk bedrijf zal de afweging moeten maken hoe ze na Brexit met de afzetmarkt in het Verenigd Koninkrijk omgaan”, verklaart Hilde Crevits. De Vlaamse minister van Economie, Landbouw en Visserij beklemtoont dat Vlaanderen klaar staat met een pakket aan maatregelen en middelen om bedrijven bij te staan bij deze keuze.
“Er is voorzien in 83 miljoen euro extra steun voor bedrijven die getroffen worden door Brexit. 50 miljoen euro daarvan zetten we in via VLAIO en 3 miljoen euro via VLAM. Europa voorziet ook in een Brexit noodfonds van 5 miljard euro voor de meest getroffen sectoren en regio’s, zoals Vlaanderen”, aldus de minister.
Kmo’s die (in)direct getroffen worden door de Brexit zullen een beroep kunnen doen op een post-Brexit-veerkrachtsubsidie. Concreet gaat het dan om bedrijven die hun strategische plannen duurzaam moeten omvormen. Voor die transformatie kan de kmo een subsidie van maximaal 50.000 euro ontvangen en begeleiding door een medewerker van de Vlaamse overheid voor het volledige traject.
Daarnaast organiseren de Syntra’s opleidingen om werknemers, zaakvoerders en zelfstandigen die getroffen worden door de Brexit om te scholen of bij te scholen. Verder wordt de ‘Brexit Helpdesk’ nog uitgebreid.
Voorrang voor voeding
Om de voedselbevoorrading te blijven garanderen en voedselverlies te vermijden vraagt Fevia om transport van voedingswaren voorrang te verlenen aan de grenzen en zogenaamde ‘green lanes’ in te stellen. De federatie van de Belgische voedingsindustrie gaat er dan ook vanuit dat de lange files met vrachtwagens die we de voorbije tijd al zagen aan de grensovergangen van en naar het Verenigd Koninkrijk na 1 januari nog vaker zullen opduiken, onder andere door de nieuwe grenscontroles.