Er is al lang discussie over de noodzaak van een wettelijke verplichting om beschutting te voorzien voor dieren die in de buitenlucht gehouden worden. De Dierenwelzijnswet houdt het op een zeer algemene formulering: eigenaars moeten huisvesting voorzien ‘in overeenstemming met aard, fysiologische en ethologische behoeften, gezondheidstoestand en graad van ontwikkeling, aanpassing of domesticatie’.
Voor paarden bevat de wet nog een verduidelijking: ‘De paardachtigen die buiten worden gehouden kunnen opgestald worden. Indien dit niet het geval is, beschikken over een natuurlijke beschutting of een schuilhok’.
Vlaams minister Ben Weyts wil de oude discussie nu beslechten en vroeg advies aan de Raad voor Dierenwelzijn. Eind 2018 leverde die een advies af waarin gepleit wordt voor nieuwe regelgeving. De nieuwe regelgeving schrijft beschutting voor, voor alle dieren die buiten gehouden worden. In het advies is weliswaar sprake van een overgangstermijn van 10 jaar. Voor het volledige advies klik onderstaande link:
Advies ‘Beschutting voor dieren die buiten gehouden worden’ (2018)
De raad baseerde zich onder meer op onderzoek van het Instituut voor Landbouw- en Visserijonderzoek, waaruit bleek dat bijv. koeien zelfs in ons gematigde klimaat meteen beschutting opzoeken. Dit doen zij zodra de temperatuur onder nul zakt of juist hoge toppen scheert.
“Het studiewerk stelt empirisch vast dat runderen automatisch op zoek gaan naar beschutting als de weersomstandigheden slecht zijn”, stelt Weyts in een mededeling. “We kunnen daaruit afleiden dat betere beschutting leidt tot meer dierenwelzijn. Daarom moeten we de Dierenwelzijnswet nu verduidelijken. Wat nu al geldt voor de paardachtigen moet ook gelden voor de koeien en andere weidedieren.”
Bron: Kabinet minister Weyts – 31 januari 2019